Vanochtend stonden we om 06.00 op om lekker op tijd aan onze trip te beginnen. De eerste paar uur reed ik en daarna nam Paul het over. Ik ben nog niet gewend om lang te rijden, überhaupt te rijden, ik reed in Nederland ook heel weinig. De weg hier is ook nog niet bepaald spannend, rechtdoor, rechtdoor, voet op 80 houden (benzine besparing ;)), rechtdoor, uitwijken voor een levende of dode kangeroo en dan weer rechtdoor.
Onderweg stopte we bij een scenic lookout waar we een bakje koffie gingen zetten. We raakte daar in gesprek met twee Duitsers en een Italiaan. Zij reden met een camper die ze gratis van Cairns naar Alice Springs brachten. Wij waren jaloers op hen maar zij op ons. Ze hadden ook een auto geprobeerd te kopen in Cairns maar hadden nog meer pech gehad dan wij dus ze gingen in Alice Springs weer een poging wagen. Het nadeel van die camper wegbrengen is dat je minstens 500km per dag moet rijden, altijd haast hebt en het nog niet jouw wagen is. Maar goed, alles wordt vergoed dus je moet er dan ook maar wat voor over hebben. Zij moesten op de 19e in Alice Springs zijn dus ik vroeg of dat zondag was, totaal verkeerd ingeschat want ik wilde maandag de 20ste daar zijn (ik heb internet nodig om kaarten voor oud en nieuw te kopen). De 20ste is echter niet maandag, maar aanstaande donderdag al en nu zouden we onze hele planning om moeten gooien. Echt oerdom van mij, ik ben de data echt totaal kwijt en zat de hele tijd met een maandag in mijn hoofd. We gaan het nu echter anders aanpakken, onderweg komen we langs de plaats Mount Isa, die volgens de LP 22.000 inwoners heeft dus die MOETEN wel internet hebben. We doen het nu iets rustiger aan, zorgen dat we daar in ieder geval woensdagavond zijn zodat ik donderdag om 12.00 die kaarten kan kopen. Pffff Tim, we hebben er wat voor over ;)! We rijden nu een stukje om en slapen vanavond in een natuurpark 70km ten noorden van Hughenden, in Porcupine Gorge National Park, de kampeergrond heet Piramides park (GPS kent hem overigens niet).
In Hughenden gingen we lunchen, eitje in de pan en in een warme wind even ontspannen. Het werd rond 1uur daar wel echt heet maar ondanks dat ging Paul nog even aan wat openbare sport apparaten hangen. Zijn citaat: “Rick kan echt geen bredere armen hebben dan ik als we thuiskomen!”
Het laatste stukje was een pittige, we hadden onderweg zo’n 15km dirt road. Nu kon ons busje dat makkelijk aan maar we waren alleen bang voor de banden met die stenen. Het was wel een beetje een Afrikaans safari idee, niemand op de weg, hopen dat je geen lekke band krijgt en zoeken naar dieren in een uitgedroogd landschap. Morgen moesten we deze weg ook weer terug dus we hoopte maar dat de kampeerplek echt de moeite waard zou zijn.
Nou dat was hij…. Een geweldig uitzicht over miljoenen jaren rotsformatie, helemaal wild in de natuur! Het wordt blijkbaar ook wel ‘Little Grand Canyon’ genoemd.
We waren wel echt gesloopt van de rit. Toch hebben we maar even Fried Rice en een tonijnsalade in elkaar geflanst en genoten van de stilte en Paul van een fles wijn in zijn eentje ;). Het is denk ik de meest prettige plek waar we tot nu toe hebben geslapen, zowel qua schoonheid, als rust, temperatuur en windstilheid in de avond.Tijdens de zonsondergang wilde ik nog even een foto van Paulie en de bus maken. Ik zag echter even de prikkelbosjes over het hoofd. Hierdoor zat ik helemaal onder een soort plakprikkels van borst tot veters (goddank had ik mijn charmante afritsbroek aan).
Ps. Vandaag hebben we 1 op 12 460 km gereden, een hele prestatie met deze bak.
Pps. We hebben ook even voor jullie beeldvorming een hupsende kangoeroe toegevoegd.
Leave a Reply